Op 13 oktober 2016 bracht Het Laatste Nieuws het bericht dat staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken het niet ziet zitten om aparte opvanglocaties te voorzien voor LGTB asielzoekers. Er zou in 2016 namelijk geen enkel feit van verbaal of fysiek homoseksueel getint geweld zijn geregistreerd.
Door Floris Cup
Dit leek me onrealistisch, daarom zocht ik contact met Jeroen Borghs van de homoseksuele belangenvereniging Çavaria en Sara Verhaert van Fedasil. Beide reageerden met een gelijkgestemd bericht: er zijn inderdaad geen meldingen van fysiek of verbaal geweld als gevolg van de geaardheid van een asielzoeker. Maar beiden benadrukten dat dit niet betekent dat er geen geweld is op basis van seksuele geaardheid.
Er zijn veel redenen waarom slachtoffers geen melding maken van verbaal of fysisch geweld. Slachtoffers kunnen zich schamen, bang zijn voor vergelding, of ze weten niet waar ze melding kunnen doen. Ook wordt geweld niet altijd geregistreerd door de medewerkers van het centrum of is de situatie te complex om te bepalen of een homofoob motief aan de basis ligt van het conflict.
Jeroen Borghs van Çavaria is het wel eens met de staatssecretaris dat er geen aparte opvang voor LGTB-asielzoekers moet worden gecreëerd.
Theo Francken of zijn woordvoerster hebben nog niet bevestigd of Francken correct is geciteerd. Twee mails naar de woordvoerster, een bericht via presscentre.org en drie telefonische pogingen mochten niet baten.
Conclusie: Fedasil bevestigt de uitspraak van Francken: er zijn geen geregistreerde feiten van fysieke of verbale bedreigingen tegenover LGTB-asielzoekers. Fedasil zegt wel dat er een grote drempel is om deze feiten te melden. Zowel Fedasil als Çavaria spreken het vermoeden uit dat er wel degelijk fysieke of verbale bedreigingen worden geuit. Met het project ‘safe havens’ willen de organisaties professionele medewerkers in asielcentra’s opleiden tot referentiepersonen voor LGTB-asielzoekers.