‘Acht op de tien zwaargewonde verkeersslachtoffers herstellen nooit volledig.’ Dat is de titel van een artikel in De Standaard op 20 november 2016. Ik ging op zoek naar de bron van dit cijfer.
Door Kevin Brinaru
Het Belgisch Instituut voor Verkeersveiligheid (BIVV) bracht de studie naar buiten. Ze werd uitgevoerd door MyLAC (My Life After The Crash), vanuit de Europese Federatie van Verkeersslachtoffers. Via woordvoerder Stef Willems van het BIVV kreeg ik de studie in handen. Hiervoor zijn 830 mensen in meer dan 15 landen bevraagd, allemaal mensen die een verkeersongeval meegemaakt hebben. MyLAC heeft beroep gedaan op verschillende organisaties om de bevraagden te vinden. 830 mensen in 15 landen is erg weinig. In België werden er 91 mensen bevraagd, in Denemarken 206, in Italië slechts 2, en in Groot-Brittannië 11. Je kan dit moeilijk representatief noemen, te meer daar de organisatie zelf bijkomend aangeeft dat bij de verkeersslachtoffers de zwaargewonden overwegen.
Enkele conclusies uit de studie: 78% van de bevraagden herstelt nooit volledig van hun verkeersongeluk.
Naast de fysieke impact is ook de economische impact onderzocht. Ongevallen verwerken is een dure zaak en dat blijkt ook uit de studie. Van de zwaargewonden zijn er 50% die een inkomensverlies hebben van 200 euro per maand. Bijna 1 op de 5 heeft zelfs een financieel verlies van 1000 euro. In één op de zes gevallen moest een naaste familielid ophouden met werken wegens de zorg..
Dat de studie niet representatief is, wordt ook vermeld in het artikel. En dat is een goede zaak.
Conclusie: de journalist heeft weergegeven wat hij in handen gekregen heeft, maar ik mis wel representativiteit in het aantal mensen dat ondervraagd is. Het stoort mij dat ik die aantallen niet heb teruggevonden in het artikel. De journalist heeft het op het einde zelf wel over ‘een niet-representatieve steekproef’.
Artikel: http://www.standaard.be/cnt/dmf20161120_02580891